Voor uw kat
Tandresorptie bij katten
Tandresorptie is het meest voorkomende gebitsprobleem bij de kat. Minimaal een derde van alle katten krijgt er vroeg of laat last van. Het kan bij alle katten voorkomen, maar we zien het relatief vaker bij raskatten.
De oude benaming van tandresorptie is onder katteneigenaren waarschijnlijk meer bekend. Vroeger heette de aandoening namelijk FORL, ofwel Feline Odontoclastic Resorptive Lesions. Omdat onderzocht is dat dezelfde aandoening ook bij honden voorkomt, is deze naam verouderd.
Proces van de aandoening
Tandresorptie is een aandoening van het gebit waarbij één of meer wortels van een tand langzaam oplossen. Er ontstaan dan gaatjes doordat de odontoclasten (tandoplossende cellen) aangezet worden om het tandweefsel af te breken. In het begin zijn dit nog kleine gaatjes in het glazuur, maar het breidt zich snel uit richting het wortelkanaal. Zodra dit gebeurt, is er een open verbinding met de zenuwen in de tand en dit veroorzaakt uiteraard erge kiespijn. In een vergevorderd stadium kan een tand dusdanig zijn aangetast dat deze zelfs afbreekt.
Verschillende types
Omdat resorptie zich op verschillende manieren kan uiten, kennen we drie variaties. Type 1 is een ontstekingsreactie waarbij gaten in de kroon en wortels ontstaan, zoals hierboven beschreven. Dit gebeurt ook bij een type 2 reactie, maar hierbij vergroeit de wortel met het kaakbot. Na enkele maanden is bij een type 2 reactie nauwelijks onderscheid tussen de wortel en de kaak zichtbaar. Bij type 1 blijft de wortel een normale wortel en zal deze dus continue irriteren. Het derde type is een combinatie tussen 1 en 2. De meeste kiezen hebben 2 wortels. Bij type 3 is de ene wortel aangetast met een type 1 reactie en de andere wortel met een type 2.
Door middel van dentale röntgenfoto’s kan per tand bepaald worden van welk type reactie er sprake is. Dit is belangrijk, omdat verschillende types anders behandeld worden.
Verschijnselen bij uw kat
Tandresorptie is een pijnlijk proces, maar niet alle katten laten even duidelijk pijn zien. Zonder regelmatige gebitscontroles is het daarom vaak lastig vast te stelle. Soms kan het opvallen dat uw kat op een andere manier gaat eten: met een scheve kop, meer knoeien, minder kauwen, langzamer eten of in een ernstig geval helemaal stoppen met eten. Ook worden katten over het algemeen minder actief, wassen ze zichzelf minder, vinden ze het niet meer prettig in de buurt van de kop geaaid te worden, stinken ze uit de bek en vallen ze af.
Diagnose
Belangrijk is om te beseffen dat niet alle katten duidelijke verschijnselen laten zien. De meeste diagnoses van tandresorptie worden pas tijdens een routinecontrole bij de dierenarts gesteld, bijvoorbeeld tijdens een vaccinatieconsult. In een beginstadium zijn milde ontstekingsreacties zichtbaar in het tandvlees. Later zien we nieuw gevormd tandvlees over de kroon van de tand groeien. Het lichaam probeert het ontstane gat namelijk op te vullen om meer bescherming te bieden. Soms is er zelfs een duidelijk gat in de tand zichtbaar of zijn tanden geheel afgebroken.
In enkele gevallen is van buitenaf nog niets zichtbaar aan de tand en is een röntgenfoto nodig om de diagnose te stellen. Het is daarom aan te raden om de gebitsbehandeling van uw kat altijd uit te breiden met dentale röntgenfoto’s.
Behandeling
De enige behandeling van tandresorptie is het trekken van de aangetaste tanden. De tanden zijn pijnlijk en niet meer te redden. Een kat kan gelukkig prima eten met minder of zelfs geen tanden.
De behandeling is voor de verschillende types net iets anders. Bij type 1 is de wortel nog volledig intact en deze moet dan ook volledig verwijderd worden. Als wortelresten achterblijven kan dit een blijvende ontsteking en irritatie geven. Bij type 2 is de wortel vergroeit met het kaakbot en nauwelijks meer herkenbaar. Deze wortel mag wel achterblijven in de kaak en vormt geen problemen of pijn. In dit geval is het voldoende de kroon van de tand te verwijderen. Voor de behandeling is het dus van belang om eerst door middel van een röntgenfoto te bepalen van welk type er sprake is.
Lange termijn
Tandresorptie is een progressief proces. Dat wil zeggen dat de problemen zich met de tijd verergeren en verspreiden. Als er één of meerdere tanden zijn getrokken vanwege tandresorptie, is de kans groot dat andere tanden in de toekomst ook problemen gaan veroorzaken. Hoelang dit duurt, verschilt heel erg per kat en kan soms ook jarenlang goed gaan.
Het is bekend dat een ontstekingsreactie van het tandvlees het proces van tandresorptie kan versnellen en soms zelfs kan veroorzaken. Een goede gebitsverzorging kan deze ontsteking voorkomen. Net als bij mensen bestaat dit hoofdzakelijk uit het dagelijks poetsen van de tanden. Sommige katten zijn heel rustig en laten dit met wat geduld en oefening uiteindelijk toe. Lees [hier] meer over het tandenpoetsen bij uw kat.